5 耶 稣 举 目 看 见 许 多 人 来 , 就 对 腓 力 说 : 我 们 从 那 里 买 饼 叫 这 些 人 吃 呢 ?

6 他 说 这 话 是 要 试 验 腓 力 ; 他 自 己 原 知 道 要 怎 样 行 。

7 腓 力 回 答 说 : 就 是 二 十 两 银 子 的 饼 , 叫 他 们 各 人 吃 一 点 也 是 不 够 的 。

5 Jezus dan, de ogen opheffende, en ziende, dat een grote schare tot Hem kwam, zeide tot Filippus: Van waar zullen wij broden kopen, opdat deze eten mogen?

6 (Doch dit zeide Hij, hem beproevende; want Hij wist Zelf, wat Hij doen zou.)

7 Filippus antwoordde Hem: Voor tweehonderd penningen brood is voor dezen niet genoeg, opdat een iegelijk van hen een weinig neme.