17 Want een brood is het, zo zijn wij velen een lichaam, dewijl wij allen eens broods deelachtig zijn.

17 我 們 雖 多 、 仍 是 一 個 餅 、 一 個 身 體 . 因 為 我 們 都 是 分 受 這 一 個 餅 。