9 Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht;

9 Sed vi estas raso elektita, pastraro reĝa, nacio sankta, popolo Diposedata, por ke vi proklamu la gloron de Tiu, kiu vokis vin el mallumo en Sian lumon mirindan;