14 Indien dan Ik, de Heere en de Meester, uw voeten gewassen heb, zo zijt gij ook schuldig, elkanders voeten te wassen.
15 Want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat, gelijkerwijs Ik u gedaan heb, gijlieden ook doet.
14 Kui nüüd Mina, Isaand ja Õpetaja, teie jalad olen pesnud, siis peate teiegi üksteise jalgu pesema.
15 Sest Ma olen teile annud eeskuju, et ka teie nõnda teeksite,