20 En alzo hij deze dingen in den zin had, ziet, de engel des Heeren verscheen hem in den droom, zeggende: Jozef, gij zone Davids! wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; want hetgeen in haar ontvangen is, dat is uit den Heiligen Geest;

21 En zij zal een Zoon baren, en gij zult Zijn naam heten JEZUS; want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden.

20 Ent kui temal see mõte oli, vaata, siis ilmus talle Issanda ingel unes ja ütles: „Joosep, Taaveti poeg, ära karda Maarjat, Oma naist, enese juure võtta, sest mis Temas on sündinud, on Pühast Vaimust.

21 Ta toob ilmale Poja ja Sa pead Temale nimeks panema Jeesus; sest Tema päästab Oma rahva nende pattudest!"