12 Hij dan zeide: Ik zal voorzeker met u zijn, en dit zal u een teken zijn, dat Ik u gezonden heb: wanneer gij dit volk uit Egypte geleid hebt, zult gijlieden God dienen op dezen berg.
12 Dievas atsakė: "Aš būsiu su tavimi! Štai ženklas, kad Aš tave siunčiu: kai išvesi tautą iš Egipto, jūs tarnausite Dievui ant šito kalno".