21 Na, i a ratou e tanu ana i tetahi tangata, ka kite ratou i te taua; heoi maka ana e ratou taua tangata ki te rua o Eriha: te panga o te tangata ra ki nga wheua o Eriha, kua ora, tu ana ona waewae ki runga.
21 En het geschiedde, als zij een man begroeven, dat zij, ziet, een bende zagen; zo wierpen zij den man in het graf van Elisa; en toen de man daarin kwam, en het gebeente van Elisa aanroerde, werd hij levend, en rees op zijn voeten.