19 Zo ging hij van daar, en vond Elisa, den zoon van Safat; dezelve ploegde met twaalf juk runderen voor zich henen, en hij was bij het twaalfde; en Elia ging over tot hem, en wierp zijn mantel op hem.

19 Élie partit donc de là, et il trouva Élisée, fils de Shaphat, qui labourait, ayant douze couples de bœufs devant lui; et il était avec la douzième. Et Élie passa vers lui, et jeta sur lui son manteau.