14 Silloin meni yksi niistä kahdestatoista, nimeltä Juudas Iskariot, ylipappien luo
16 Ja siitä hetkestä hän etsi sopivaa tilaisuutta kavaltaaksensa hänet.
14 Toen ging een van de twaalven, genaamd Judas Iskariot, tot de overpriesters,
15 En zeide: Wat wilt gij mij geven, en ik zal Hem u overleveren? En zij hebben hem toegelegd dertig zilveren penningen.
16 En van toen af zocht hij gelegenheid, opdat hij Hem overleveren mocht.