1 In those days, John the Baptizer came, preaching in the wilderness of Judea, saying, 2 "Repent, for the Kingdom of Heaven is at hand!" 3 For this is he who was spoken of by Isaiah the prophet, saying,

"The voice of one crying in the wilderness,

make the way of the Lord ready!

Make his paths straight!"

4 Now John himself wore clothing made of camel’s hair with a leather belt around his waist. His food was locusts and wild honey. 5 Then people from Jerusalem, all of Judea, and all the region around the Jordan went out to him. 6 They were baptized by him in the Jordan, confessing their sins.

1 En in die dagen kwam Johannes de Doper, predikende in de woestijn van Judea,

2 En zeggende: Bekeert u; want het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen.

3 Want deze is het, van denwelken gesproken is door Jesaja, den profeet, zeggende: De stem des roependen in de woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt Zijn paden recht!

4 En dezelve Johannes had zijn kleding van kemelshaar, en een lederen gordel om zijn lenden; en zijn voedsel was sprinkhanen en wilde honig.

5 Toen is tot hem uitgegaan Jeruzalem en geheel Judea, en het gehele land rondom de Jordaan;

6 En werden van hem gedoopt in de Jordaan, belijdende hun zonden.